Een retentievijver is een vijver die water op kan vangen of langzaam kan afvoeren. De bestaande retentievijvers voldoen niet meer goed genoeg aan deze functie. Het waterschap gaat ze daarom nu anders inrichten. Retentievijvers zijn aangelegd om tijdens en na hevige regenval het water op te vangen (bufferen). Maar ook om het vertraagd af te voeren zodat het watersysteem in de omgeving niet overbelast wordt. Tijdens een hevige regenbui en hoge waterstanden in de Tongelreep vult de sloot genaamd TR13 de retentievijver. De vijvers werden alleen ingezet als er extreme situaties optraden. Een van de werkzaamheden is het aanpassen van de constructie die de inlaat van het water regelt. De vijvers worden hierdoor tussen 1 november en 1 april continu gevuld en vol gehouden. Ook als er geen extreme situaties zoals hoogwater aan de orde zijn. Het water kan vervolgens vastgehouden worden. Aanleiding Water en klimaatverandering kennen geen grenzen. Dat maakt dat we met zijn allen verantwoordelijk zijn voor wateroverlast en de aanpak van droogte. Actie is nu nodig om uw omgeving voor iedereen leefbaar te houden. Samen kunnen we ervoor zorgen dat we beter voorbereid zijn op de extremen in het weer. Samen, want alleen dan zijn we in staat uw belangrijke maatschappelijke thema’s te verbinden met water. Op die manier kunnen we in samenhang de vraagstukken van uw omgeving aan pakken. Een maatregel die hieraan bijdraagt, is de aanleg van klimaatbuffers. Klimaatbuffers geven water de kans te infiltreren en zo het grondwater aan te vullen. We zoeken in de omgeving naar gebieden waar we water vast kunnen houden in de bodem. Op deze manier stroomt het water niet weg, maar geven we het water de kans om in de grond te zakken en zo het grondwater aan te vullen. En om verdroging in het gebied tegen te gaan. Vooral de beschermde natte bossen tussen de Tongelreep en de retentievijvers hebben voordeel van het langer vasthouden van het water. Het grondwater wordt in de bossen langer vastgehouden en kan in de zomer niet te ver weg kan zakken. |